Voorbeeldpagina's opgavenboek 1 havo van Management & Organisatie in Balans, 7e editie.

Gevraagd a Vind je het verschil in termijn tussen snelle en langzame landen groot? Motiveer je antwoord.

Hoofdstuk 13 Vreemd vermogen op korte termijn

De meeste Nederlandse bedrijven hanteren een betalingstermijn van 30 dagen, een veel kleiner aantal een be- talingstermijn van 42 dagen. b Na hoeveel dagen ontvangt een bedrijf bij deze termijnen gemiddeld zijn geld? c Het Nederlandse bedrijfsleven is sneller gaan betalen. Vind je de snelheid veel of weinig toegenomen? Motiveer je antwoord. d Noem een reden waarom zoveel bedrijven te laat betalen. De overheid betaalt nog langzamer. Toch wordt dit niet als een beletsel gezien om aan de overheid te leveren. e Verklaar dit! f Leg uit waarom de Europese richtlijn druk kan leggen op grotere bedrijven. Opgave 13.11* (§ 13.5) Onderneming Freezer handelt in huishoudelijke artikelen. Onlangs heeft Freezer bij een fabrikant een partij goederen gekocht waarvan het factuurbedrag € 5.000 is. In de betalingsvoorwaarden van de fabrikant staat vermeld: • bij betaling binnen 8 dagen, gerekend vanaf de factuurdatum, is de korting voor contante betaling 1,5% van het factuurbedrag; • uiterste betaaldag is 30 dagen na de factuurdatum. Gevraagd a Is er is sprake van leveranciers- of afnemerskrediet? Licht je antwoord toe. b Reken het kortingspercentage voor contante betaling om in een percentage op jaarbasis.

Het bij b berekende percentage is in het algemeen veel hoger dan de kosten van een bankkrediet. c Verklaar dat in het algemeen de kosten van leverancierskrediet hoger zijn dan de kosten van bankkrediet.

Opgave 13.12** (§ 13.5) Handelsonderneming Witgoed verkoopt voornamelijk wasmachines en wasdrogers. Bij Witgoed kunnen de klanten geen gebruik maken van koop op afbetaling maar wel van huurkoop.

Gevraagd a Leg uit wat het voordeel voor Witgoed is om wel huurkoop toe te passen en geen koop op afbetaling.

Een klant koopt een wasmachine met een adviesprijs van € 1.500. Witgoed sluit met deze klant een huurkoop- contract af. Hierbij heeft de klant de keuze tussen twee verschillende looptijden:

1 twaalf maandelijkse termijnen van elk € 140; 2 zestien maandelijkse termijnen van elk € 105. b Leg uit bij welke van de twee genoemde looptijden het rentepercentage het laagst is. ( havo, bewerkt )

Opgave 13.13** (§ 13.5) Philip Jansen wil bij het postorderbedrijf Crayon een bankstel kopen. In de Crayoncatalogus ziet hij een bankstel dat € 1.400 kost. Ten aanzien van de betaling geeft Crayon onder andere de volgende informatie. Bij Crayon kunt u altijd kiezen hoe u wilt betalen, ineens of in gemakkelijke termijnen. U kiest voor gemakkelijk betalen in termijnen. Betalen in termijnen is bij Crayon al heel lang de gewoonste zaak van de wereld. Crayon schiet u het gehele bedrag voor en dat betaalt u achteraf in gedeeltes terug, inclu- sief rente (en kosten). Voor een vast en laag bedrag kunt u zo bij Crayon kopen wat u wilt. In de tabel ziet u pre- cies wat u per maand betaalt en wat het maximum kredietbedrag is.

CE

Management & Organisatie in Balans

71

Made with